Ode aan mijn vriendje

Ik was gister bij mij vriendje thuis toen zijn vader zei dat ik maar weinig actief was op mijn blog. Ik antwoordde dat ik weinig inspiratie had, waarop mijn vriendje zei: “SCHRIJF OVER MIJ.” Bij deze dus, deze is voor Bram.

Ik heb een heel leuk en lief vriendje. Ik ben dol op hem. Abnormaal dol. Natuurlijk heb ik eerder vriendjes gehad. En ik was ook dol op hen. Maar het is altijd heerlijk wanneer je weer echt verliefd bent. En dat ben ik, echt verliefd, tot over mijn oren. Head over heels. Ik geloof niet zo in ware liefde en liefde voor altijd. Ik geloof wel dat je van iedere relatie leert. Je leert jezelf kennen, je leert wat je wel en niet wil, op ieder gebied. Je weet wat je fijn vindt, wat je sterke en zwakke punten zijn. En heb ik geleerd van vorige relaties! Ik ben altijd heel erg jaloers geweest. Nee, niet altijd bedenk ik me nu. Mijn allereerste vriendje kreeg ik toen ik veertien was. Ook toen was ik echt verliefd. Jeugdliefde, vlindertjes, het hele plaatje. Ik weet nog dat hij me een ochtend kwam halen met zijn scooter en me naar school bracht, daarna hadden we anderhalf jaar verkering.  Dat was leuk toen, mijn enige relatie waar ik nooit ben vreemdgegaan. Hij maakte het uit met mij en twee weken later had hij verkering met zijn beste vriendin. Niet zo leuk natuurlijk. Ik wilde wraak en heb de latere vriendjes misschien daarom niet altijd even eerlijk behandeld. Vorig jaar januari werd mijn hart weer gebroken. Ik had altijd gedacht dat ik iemand niet leuker moest vinden dan dat hij mij leuk vindt, om mezelf te beschermen. Dat lukt helaas niet altijd, dan wordt er misbruik van gemaakt. Niks is vervelender dan wanneer jij jezelf helemaal geeft aan iemand, en je krijgt er niks voor terug. Misschien mijn straf omdat ik ook zo heb gehandeld? Daarna besloot ik niks meer om liefde en seks te geven. Dat ging bijna een jaar goed, totdat ik Bram leerde kennen.
Ik zat lekker in mijn vel, het ging goed me en had echt geen jongen nodig. Oh, dit gaat cliche klinken, maar de manier waarop  hij naar me lachtte, toen smolt ik wel een beetje. Ik overwoog de liefde weer een kans te geven.
Wat ik zo fijn vind aan hem, is zijn passie voor reizen. Ik zie mezelf later niet in Nederland wonen, het liefst woon ik overal een beetje. Dat begrijpt hij. Misschien beginnen we wel een of ander ho(s)tel ergens in Spanje. Dat lijkt me prima. Ik vind hem lief, hij maakt me blij. Ik voel me als een prinses bij hem. Hij kookt voor me, hij wast af, hij brengt me ontbijt op bed en hij slaapt aan de binnenkant van het bed. Ik vind het leuk hoe zijn tong gespannen tussen zijn lippen hangt wanneer hij iets inspannends doet, ik vind het leuk hoe hij het ’s morgens naar me kijkt en me kusjes probeert te geven. Ik vind zijn (niet)-grappige grapjes ontzettend leuk. Wanneer we gaan uiteten in Duitsland, vind ik het leuk hoe hij het eten bestelt: “Wir mochte gerne die Tapas benutzen, wie funktioniert das?” En hij lacht zo schattig.
Ook al zie ik hem niet zo vaak, ‘distance makes the heart grow fonder’ zeggen ze wel eens.

Zo, genoeg publiekelijke affectie getoond voor de rest van het jaar. Nu is het tijd om te carnavallen.

3 gedachten over “Ode aan mijn vriendje

  1. Epilogue to Looking Glass

    Children yet, the tale to hear,
    Eager eye and willing ear,
    Lovingly shall nestle near.

    In a Wonderland they lie,
    Dreaming as the days go by,
    Dreaming as the summers die:

    Ever drifting down the stream —
    Lingering in the golden gleam —
    Life what is it but a dream?

    Lewis Carroll

Geef een reactie op Gerard Reactie annuleren